coronaviruspandemi

Deens

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / koˈʁoːna.ˈviːʁus.pandəˈmiˀ /
Woordafbreking
  • co·ro·na·vi·rus·pan·de·mi
Woordherkomst en -opbouw
Naar frequentie -
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   coronaviruspandemi     coronaviruspandemien     coronaviruspandemier     coronaviruspandemierne  
genitief   coronaviruspandemis     coronaviruspandemiens     coronaviruspandemiers     coronaviruspandemienes  

Zelfstandig naamwoord

coronaviruspandemi, g

  1. (medisch), (neologisme) coronaviruspandemie
    «Den globale coronaviruspandemi har lukket skoler, sportsarrangementer og arbejdsplader i USA.»
    De verkiezingen waren aanvankelijk gepland op 23 maart, maar werden uitgesteld als gevolg van de coronaviruspandemie.
Hyperoniemen
Hyponiemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.