daadkracht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  daadkracht    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • daad·kracht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord daadkracht -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dedaadkrachtv/m

  1. het vermogen en de wil om dingen snel en met kracht voor elkaar te krijgen
    • Het kabinet ontbeert visie en daadkracht. 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord daadkracht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.