dagverblijf

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dagverblijf    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dag·ver·blijf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dagverblijf dagverblijven
verkleinwoord dagverblijfje dagverblijfjes

Zelfstandig naamwoord

hetdagverblijfo

  1. ruimte waar mensen of dieren overdag kunnen verblijven
  2. plaats waar kinderen, gehandicapten of ouderen overdag verzorgd en begeleid worden
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord dagverblijf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.