diapauze

Nederlands

Uitspraak

Geluid: diapauze (hulp, bestand)

Woordafbreking

dia·pau·ze

Woordherkomst en -opbouw

afgeleid van pauze met het voorvoegsel dia- ^[1]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	diapauze	-
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de diapauze v / m

(biologie) stilstand in de groei en een lage activiteit van de stofwisseling

Verwante begrippen

winterslaap

Vertalingen

1.

Engels: diapause ^(en)
Frans: diapause ^(fr) v

Spaans: diapausa ^(es) v

Gangbaarheid

Het woord 'diapauze' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

↑ diapauze op website: Etymologiebank.nl

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.