digitalis

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  digitalis    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • di·gi·ta·lis
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘vingerhoedskruid’ voor het eerst aangetroffen in 1663 [1] [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord digitalis digitalissen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dedigitalisv/m

  1. (bloemplanten) een geslacht Digitalis  uit de weegbreefamilie (Plantaginaceae ). Het geslacht telt wereldwijd meer dan 22 twee- en meerjarige soorten
  2. (farmacologie) geneesmiddel voor hartziekten, bereid uit vingerhoedskruid
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)

Gangbaarheid

  • Het woord digitalis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
72 %van de Nederlanders;
61 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.