dommerd

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dommerd    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdɔmərt/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • dom·merd
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van dom met het achtervoegsel -erd
enkelvoud meervoud
naamwoord dommerd dommerds
verkleinwoord dommerdje dommerdjes

Zelfstandig naamwoord

dedommerdm

  1. iemand die een beetje dom is (geweest)
    • 'Lieverd, laten we het alsjeblieft, alsjeblieft, alsjeblieft weer goedmaken. Dit... ik bedoel... o, wat ben ik toch een dommerd geweest. Ik was gewoon fout!' [1] 
    • Ook datingsites worden in toenemende mate misbruikt. „Als je naar de slachtoffers kijkt, die vaak eenzaam en alleen zijn, zit daar misschien wel de meeste pijn. Hebzucht speelt bij die mensen geen rol, en dan is het wel hard om te zeggen: Wat ben je een dommerd dat je erin trapt”, stelt Van Eck. [2] 
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord dommerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Het Parool THEODOR HOLMAN 29 AUGUSTUS 2014 Zwijgen is eigenlijk al gelijk geven
  2. Reformatorisch Dagblad Rob Siebelink 20-05-2015 Internetoplichter steeds vindingrijker
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.