draadloos

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  draadloos    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdratlos/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /drat.los/
    • (Limburg): /ˈdraːd.loːs/
Woordafbreking
  • draad·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen draadloosdraadlozerdraadloost
verbogen draadlozedraadlozeredraadlooste
partitief draadloosdraadlozers-

Bijvoeglijk naamwoord

draadloos

  1. waarbij geen draden nodig zijn voor de overdracht van een signaal
    • Ik ben blij met mijn draadloze muis. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord draadloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.