duikles

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  duikles    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdœyklɛs/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • duik·les
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord duikles duiklessen
verkleinwoord duiklesje duiklesjes

Zelfstandig naamwoord

deduiklesv/m

  1. onderricht in het onder water zwemmen met name als er gebruik gemaakt wordt van hulpmiddelen zoals een snorkel of duikflessen
    • Tijdens de vakantie hebben wij duiklessen genomen. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'duikles' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.