eindverbruiker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: eindverbruiker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- eind·ver·brui·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van eind zn en verbruik zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | eindverbruiker | eindverbruikers |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de eindverbruiker m
- (economie) consument of bedrijf die een bepaald product afneemt zonder het verder te verhandelen
- ▸ Onder de huidige regelgeving draait alleen de eindverbruiker, dus bedrijven en consumenten, voor die kosten op. Zij zouden die tarieven kunnen zien verdubbelen. Daarom pleiten netbeheerders ervoor dat ook de grote opwekkers van stroom gaan meebetalen. Zonneparkbouwers zien hier geen oplossing in: zij zullen deze kosten moeten doorberekenen aan de klant.[1]
Gangbaarheid
- Het woord eindverbruiker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Ties Keyzer“Netbeheerders: stop met zonneparken daar waar nauwelijks vraag naar stroom is” (Dinsdag 28 februari 2023, 19:14), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.