feestmars
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: feestmars (hulp, bestand)
Woordafbreking
- feest·mars
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van feest zn en mars zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | feestmars | feestmarsen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de feestmars v / m
- (muziek) feestelijke marsmuziek die klinkt bij een heugelijke gebeurtenis
- ▸ De kleine Belg zorgde met een schuiver voor de 1-2 (en liet zodoende Maradona achter zich), waarna ook Håland zijn tweede van de wedstrijd mocht binnenkoppen. De feestmars na de tweede treffer van de Noor klonk echter nog, toen Mertens weer van zich liet spreken en de bal voorgaf op invaller Lorenzo Insigne: 3-2.[2]
Gangbaarheid
- Het woord feestmars staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Mertens passeert Maradona, De Vrij helpt Inter terug in de race” (Woensdag 23 oktober 2019, 23:10), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.