fietsveer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fietsveer    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈfitsfer/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈfits.vɪːr/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈfits.veːr/
Woordafbreking
  • fiets·veer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fietsveer fietsveren
verkleinwoord fietsveertje fietsveertjes

Zelfstandig naamwoord

hetfietsveero

  1. een veerpont voor fietsers en wandelaars
    • Ten oosten van Nijmegen kan je nog met een fietsveer oversteken naar de Millingerwaard. 
Synoniemen
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'fietsveer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
83 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.