flapdrol

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  flapdrol    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • flap·drol
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord flapdrol flapdrollen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deflapdrolm [3]

  1. (scheldwoord) (pejoratief) vent van niets, slappeling
    • nog in 2009 werd in het parlement een minister door een kamerlid uitgemaakt voor flapdrol 

Gangbaarheid

  • Het woord flapdrol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
84 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.