fourniturenzaak
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: fourniturenzaak (hulp, bestand)
- IPA: / ˌfurniˈtyrə(n)zak / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- four·ni·tu·ren·zaak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van fournituren zn en zaak zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fourniturenzaak | fourniturenzaken |
verkleinwoord | fourniturenzaakje | fourniturenzaakjes |
Zelfstandig naamwoord
de fourniturenzaak v / m
- een winkel waar naaibenodigdheden te koop zijn
- Mijn favoriete fourniturenzaakjes zijn A. Boeken in de Nieuwe Hoogstraat en Jan de grote kleinvakman op de Albert Cuyp. Denk hierbij aan relatief kleine winkels die tot de nok toe gevuld zijn met hebberig makende rollen stof, garen, kant, lint, knopen, ritsen en ga zo maar door.[1]
- Een aankleding zo kleurig en divers als het assortiment van een rijk gesorteerde fourniturenzaak: het garen en band voor een geslaagd schrijverschap lijken hier bijeen vergaard, inclusief de toevallige accessoires die de garderobe vervolmaken.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'fourniturenzaak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.