garen-en-bandwinkel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  garen-en-bandwinkel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌɣarənɛmˈbɑntwɪŋkəl/ (6 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ga·ren-en-band·win·kel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord garen-en-bandwinkel garen-en-bandwinkels
verkleinwoord garen-en-bandwinkeltje garen-en-bandwinkeltjes

Zelfstandig naamwoord

degaren-en-bandwinkelm

  1. zaak waar men materiaal kan kopen dat nodig is bij het naaien
    • Ze woonde begin jaren vijftig met haar ouders in een huis dat tevens als kruidenierszaak, garen-en-bandwinkel en café dienstdeed en waarin geen enkel privévertrek was;(…) [2]
Opmerkingen
  • De schrijfwijze "garen- en bandwinkel" is niet correct, omdat het niet gaat om een samentrekking van de (theoretische) woorden garenwinkel en bandwinkel, maar om een afleiding van "garen en band". Een afleiding van een woordgroep wordt volgens spellingregel 6.C aaneengeschreven (garenenbandwinkel), maar omdat de dubbele "en" deze vorm moeilijk leesbaar maakt, is de schrijfwijze met koppeltekens toegestaan en ook het meest gangbaar.
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'garen-en-bandwinkel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.