fraudeonderzoek

Uitspraak

• Geluid:  fraudeonderzoek    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• frau·de·on·der·zoek

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  fraude zn  en  onderzoek zn 

Zelfstandig naamwoord

het fraudeonderzoek o

1. onderzoek naar bedrog in de schriftelijke weergave van bepaalde zaken

   ▸ Zeven maanden voor de politie bij een fraudeonderzoek op vertrouwelijke politiedossiers stuitte, kwam een tip over Mark M. al bij een baliemedewerkster in Eindhoven binnen. Zij was bevriend met de ex van een Eindhovenaar, Jeffrey van der A..^[1]

   ▸ Mensen die door de mand zijn gevallen, worden op allerlei manier aangepakt. Dat hangt voor een belangrijk deel af van de omvang van de fraude. In het ene geval moet iemand opdraaien voor de kosten van het fraudeonderzoek, in het andere wordt iemand uit de verzekering gezet.^[2]

Gangbaarheid

• Het woord fraudeonderzoek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen