fruitcorso

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fruitcorso    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈfrœytkɔrzo/ (3 lettergrepen); /ˈfrœytkɔrso/
Woordafbreking
  • fruit·cor·so
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fruitcorso fruitcorso's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetfruitcorsoo

  1. optocht met met fruit versierde praalwagens (in Tiel)
     Cobie Bijleveld is als vrijwilliger betrokken bij het bouwen van een wagen voor het komende fruitcorso van Tiel. "Dit is een heel saamhorige groep. Mensen zeggen van: ooh? Zit je alleen thuis? Kom bij ons gezellig schoonmaken. Of iets plakken". En juist die saamhorigheid missen mensen in de samenleving.[1]
     Verder was er de jaarlijkse fotosessie in de tuin van villa Eikenhorst, waar Amalia hard op een vuvuzela toeterde en voetbalde met haar zusjes. In september was Amalia met haar ouders en zusjes bij het vijftigste fruitcorso in Tiel.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord fruitcorso staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Ook in Tiel is de proteststem goed te horen” (12 september 2016), NOS
  2. Weblink bron “Dakota vernoemd naar prinses Amalia” (7 december 2010), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.