ganzenbord

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ganzenbord    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gan·zen·bord
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ganzenbord ganzenborden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetganzenbordo

  1. (spel) een bepaald gezelschapsspel, gespeeld met dobbelstenen en pionnen
Verwante begrippen

Werkwoord

vervoeging van
ganzenborden

ganzenbord

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ganzenborden
    • Ik ganzenbord. 
  2. gebiedende wijs van ganzenborden
    • Ganzenbord! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ganzenborden
    • Ganzenbord je? 

Gangbaarheid

  • Het woord ganzenbord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.