gareel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gareel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ga·reel
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘halsjuk’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1294 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord gareel garelen
verkleinwoord gareeltje gareeltjes

Zelfstandig naamwoord

hetgareelo

  1. een juk voor trekdieren
Uitdrukkingen en gezegden
  • in het gareel lopen
volgzaam zijn, geen regels overtreden
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gareel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.