gebakschaal
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gebakschaal (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·bak·schaal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gebak zn en schaal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gebakschaal | gebakschalen |
verkleinwoord | gebakschaaltje | gebakschaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
de gebakschaal v / m [1]
- schaal waarop men meerdere gebakjes of kleine taartjes kan presenteren
- ▸ ' Toen ze kastjes opendeed en luidruchtig dingen heen en weer schoof, op zoek naar de gebakschaal, gleed Rebecca van haar kruk en keerde terug naar haar auto om haar weekendtas te halen.[2]
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord gebakschaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Amanda Block“De verloren verteller” (2021), The house of books, ISBN 9789044363647
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.