giervalk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  giervalk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gier·valk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord giervalk giervalken
verkleinwoord giervalkje giervalkjes

Zelfstandig naamwoord

degiervalkv/m

  1. (valkachtigen) bepaald soort roofvogel, Falco rusticolus  uit de familie van valken Falconidae 
     Van de elf soorten van valken, welke ons werelddeel bewonen, werden in Nederland slechts vijf aangetroffen en onder deze zijn er niet meer dan twee, en wel kleine soorten, van welke men met zekerheid weet, dat zij in ons land broeden. Het zijn de boomvalk en de torenvalk. De andere drie soorten, die in het vooren in het najaar door ons land trekken zijn de slechtvalk, de giervalk en het smelleken.[4]
Synoniemen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord giervalk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
84 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.