hab
Frans
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordherkomst en -opbouw
- (verkorting) van habitude in comme d'habitude ”zoals gewoonlijk”
Zelfstandig naamwoord
hab v
- (spreektaal) gewoonte
- «Comme d’hab, mon examen de math, je le révise la veille.»
- Zoals gewoonlijk neem ik mijn wiskunde-examen de avond tevoren door. [1]
- «Comme d’hab, mon examen de math, je le révise la veille.»
Verwijzingen
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
- hab
Werkwoord
hab
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van hawwe
- «Ich hab sell arrig indersannt gefunne.»
- Ik heb dat zeer interessant gevonden.
- «Ich hab sell arrig indersannt gefunne.»
Voegwoord
- ich hab (eerste persoon enkelvoud)
- er hot (derde persoon enkelvoud mannelijk)
- sie hot (derde persoon enkelvoud vrouwelijk)
- es hot (derde persoon enkelvoud onzijdig)
Opmerkingen
- Duits: ich habe
- Engels: I have
- Nederlands: ik heb
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.