hagelblank
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: hagelblank (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ha·gel·blank
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hagel en blank
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hagelblank | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het hagelblank o
- (kleur) een kleur blank als hagel
Verwante begrippen
- duifblank
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | hagelblank | hagelblanker | hagelblankst |
verbogen | hagelblanke | hagelblankere | hagelblankste |
partitief | hagelblanks | hagelblankers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
hagelblank [1]
- een kleur blank als hagel hebbend
Gangbaarheid
- Het woord hagelblank staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.