blank
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: blank (hulp, bestand)
- IPA: /blɑŋk/
Woordafbreking
- blank
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | blank | blanker | blankst |
verbogen | blanke | blankere | blankste |
partitief | blanks | blankers | - |
Woordherkomst en -opbouw
- Van Middelnederlands blanc, Protogermaans blanka-. [1] In de betekenis van ‘blinkend, wit’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1287. [2]
- erfwoord afkomstig van [3]:
- Middelnederlands: blanc
- Germaans: *blanka- “kleurloos”
- Indo-Europees: -
- Verwant in Germaans:
- [2] Leenvertaling uit het Frans blanc “onbeschreven, leeg”.
Bijvoeglijk naamwoord
blank
- met een lichte huidskleur
- In noordelijke gebieden is een blanke huidskleur voordelig want dan kun je meer vitamine D aanmaken maar je bent ook minder goed tegen de zon beschermd.
- (van papier) niet beschreven of bedrukt
- Heb je nog een blank velletje papier voor me?
- kleurloos, transparant
- ik ga die tafel met blanke lak behandelen
- bedekt met water, overspoeld; in deze bet. uitsluitend in de uitdrukking blank staan
- De hele keuken stond blank.
- zuiver
Synoniemen
Afgeleide begrippen
- blanke, blankheid, blankvoorn, blankwerk
Opmerkingen
- Aan het West-Germaans ontleend zijn Middeleeuws Latijn blancus en de andere Romaanse cognaten hiervan.
Vertalingen
1. met lichte huidskleur
2. onbeschreven
Gangbaarheid
- Het woord blank staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "blank" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ blank op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "blank" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ blank op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: /blæŋk/
Woordafbreking
- blank
Woordherkomst en -opbouw
- Middelengels blank, blonc, blaunc, ontleend aan Normandisch Frans blonc, blaunc, (met Parijse spelling) blanc.
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
blank | blanker | blankest |
Bijvoeglijk naamwoord
blank
- onbeschreven, leeg
- oninteressant, saai
- uitdrukkingsloos
- nutteloos, vruchteloos
- bot [2], lomp [1], ongemanierd
enkelvoud | meervoud |
---|---|
blank | blanks |
Zelfstandig naamwoord
blank
- leegte
- losse flodder (v.e. geweer)
- (scheikunde) een monster dat behalve de stof die het onderwerp van studie is, alle ingrediënten bevat die aanwezig zijn in de andere monsters
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to blank |
he/she/it | blanks |
verleden tijd | blanked |
voltooid deelwoord |
blanked |
onvoltooid deelwoord |
blanking |
gebiedende wijs | blank |
Werkwoord
- overgankelijk aan het zicht onttrekken, verhullen, verdonkeremanen
- overgankelijk, (sport) (de tegenstander) het scoren beletten, en zodoende winnen
- overgankelijk, (techniek) stansen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.