halfzus

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  halfzus    (hulp, bestand)
  • IPA: /'hɑlfsʏs/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • half·zus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord halfzus halfzussen
verkleinwoord halfzusje halfzusjes

Zelfstandig naamwoord

dehalfzusv

  1. een vrouwelijk familielid met wie men één ouder gemeen heeft.
    • Parysatis, de Perzische koningin, was een halfzus van Xerxes II, Sogdianus en Darius II. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord halfzus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.