haman

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  haman    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhamɑn/
Woordafbreking
  • ha·man
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord haman hamans
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dehamanv/m

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) antisemiet
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'haman' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.