hasjgebruik

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hasjgebruik    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hasj·ge·bruik
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hasjgebruik
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hethasjgebruiko

  1. de hoeveelheid cannabis die een persoon of een groep mensen gebruikt
     Dit jaar moest de bijeenkomst extra feestelijk zijn, omdat recreatief hasjgebruik sinds vorig jaar in Colorado is gelegaliseerd. Het is nog niet bekend wie er achter de schietpartij zit, maar de politie zou inmiddels op jacht zijn naar twee verdachten.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord hasjgebruik staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Blowpartij loopt uit op schietpartij in Denver” (Zondag 21 april 2013, 15:06), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.