he

Niet te verwarren met: , , , He

Angelsaksisch

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Germaanse *hiz

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijk 3e persoon enkelvoud nominatief
Schrijfwijzen

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  he (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /hi/

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijk 3e persoon enkelvoud nominatief

Middelengels

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Angelsaksische he /

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijk 3e persoon enkelvoud nominatief


Middelnederduits

Woordafbreking
  • he
Woordherkomst en -opbouw

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijk 3e persoon nominatief enkelvoud
Schrijfwijzen
Overerving en ontlening


Nedersaksisch

Uitspraak
  • IPA: /heɪ̯/, /hɛɪ̯/
Woordafbreking
  • he
Woordherkomst en -opbouw

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijk 3e persoon nominatief enkelvoud
Schrijfwijzen


Noord-Fries

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Oudfriese hī

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijk 3e persoon enkelvoud nominatief
Schrijfwijzen

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /heː/
Woordafbreking
  • he

Tussenwerpsel

he

Uitdrukkingen en gezegden
  • He-he!
Hè, hè!

Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /heː/
Woordafbreking
  • he

Tussenwerpsel

he

Uitdrukkingen en gezegden
  • He-he!
Hè, hè!

Oost-Fries

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijke 3e persoon enkelvoud nominatief

Oudnederlands

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijke 3e persoon enkelvoud nominatief
Schrijfwijzen

Oudsaksisch

Woordafbreking
  • he
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Germaanse *hiz

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijk 3e persoon nominatief enkelvoud
Schrijfwijzen
Overerving en ontlening


Schots

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Middelengelse he

Persoonlijk voornaamwoord

he

  1. hij; mannelijke 3e persoon enkelvoud nominatief

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
haber

he

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van haber
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van haber

Wymysoojs

Zelfstandig naamwoord

he

  1. hooi
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
  • hean
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.