hemelboomfamilie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hemelboomfamilie    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • he·mel·boom·fa·mi·lie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hemelboomfamilie
verkleinwoord hemelboomfamilietje hemelboomfamilietjes

Zelfstandig naamwoord

dehemelboomfamiliev

  1. (bloemplanten) een familie Simaroubaceae  van bedektzadigen. Het zijn houtige planten: struiken en bomen. Deze komen voor in de tropen en subtropen, met enkele vertegenwoordigers in gematigde streken
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)

Gangbaarheid

  • Het woord 'hemelboomfamilie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.