hoekrek
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: hoekrek (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhukrɛk / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- hoek·rek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hoek zn en rek zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoekrek | hoekrekken |
verkleinwoord | hoekrekje | hoekrekjes |
Zelfstandig naamwoord
het hoekrek o
- (meubel) stellage met een vorm die goed in de hoek van een kamer past, bestemd voor het opbergen of tentoonstellen van voorwerpen
- Een systeem dat ontworpen is om gereedschappen, waaronder ook bijvoorbeeld boormachines e.d., overzichtelijk op te bergen. En dan zo dat de 'hangers' niet veel ruimte in beslag nemen. Er zit bijvoorbeeld ook een "hoekrek" in dit systeem van Spanfast. [1]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'hoekrek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ "Spanfast introduceert 'hangers & haken'" in: Nederlands Dagblad jrg. 36 nr. 8506 (30 augustus 1980); p. 14 kol. 1; geraadpleegd 2019-05-11
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.