hormoon

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hormoon    (hulp, bestand)
  • IPA: /hɔrˈmon/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • hor·moon
Woordherkomst en -opbouw
  • van Engels hormone, van Oudgrieks ὁρμῶν (hormoon), het tegenwoordig deelwoord van ὁρμάω (hormáoo) "in beweging brengen", dus: "de in beweging brengende"
    De naam is in 1904 door de Britse artsen E.H. Starling en W.M. Bayliss bedacht, omdat het gaat om stoffen die voor het lichaam signaal zijn om bepaalde reacties op gang te brengen. In de betekenis van ‘inwendig afgescheiden stof’ voor het eerst aangetroffen in 1912 [1][2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord hormoon hormonen
verkleinwoord hormoontje hormoontjes

Zelfstandig naamwoord

hethormoono

  1. (biochemie), (biologie), (medisch) een stof die door een endocriene klier wordt afgescheiden en een bepaald effect veroorzaakt in het lichaam
Synoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hormoon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.