houtpantserjuffer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  houtpantserjuffer    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • hout·pant·ser·juf·fer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord houtpantserjuffer houtpantserjuffers
verkleinwoord houtpantserjuffertje houtpantserjuffertjes

Zelfstandig naamwoord

dehoutpantserjufferv/m

  1. (libellen) Chalcolestes viridis  een juffer uit de familie van de pantserjuffers. De soort komt algemeen voor in België en Nederland aan stilstaand en langzaam stromend water. De Nederlandstalige naam verwijst naar de eiafzet in de bast van overhangende bomen. Andere pantserjuffers leggen de eieren meestal in biezen of zegges. De wetenschappelijke naam van de soort werd in 1825 als Agrion viridis gepubliceerd door Pièrre Léonard Vander Linden
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen (in taxonomische zin)

Gangbaarheid

  • Het woord 'houtpantserjuffer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.