indehaver

Deens

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈenəˌhæˀvʌ/
Woordafbreking
  • in·de·ha·ver
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van het Deense woord indehave met het voorvoegsel inde- en met het achtervoegsel -er.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   indehaver     indehaveren     indehavere     indehaverne  
genitief   indehavers     indehaverens     indehaveres     indehavernes  

Zelfstandig naamwoord

indehaver g

  1. bezitter, eigenaar (mannelijke vorm)
  2. bezitster, eigenares (vrouwelijke vorm)
  3. houder, rechthebbende (mannelijke vorm)
  4. houdster, rechthebbende (vrouwelijke vorm)
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.