inhaalwedstrijd
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inhaalwedstrijd (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·haal·wed·strijd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van inhalen ww en wedstrijd zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | inhaalwedstrijd | inhaalwedstrijden |
| verkleinwoord | inhaalwedstrijdje | inhaalwedstrijdjes |
Zelfstandig naamwoord
de inhaalwedstrijd m
- (sport) wedstrijd die men houdt omdat men die eerder heeft moeten uitstellen
- ▸ Door de winst in deze inhaalwedstrijd staat er volgende week alweer een bekerpot op het programma voor de ploeg van Peter Bosz. Feyenoord is woensdag de tegenstander.[1]
- ▸ De inhaalwedstrijd in de Tulp hoofdklasse tussen de hockeyers van Kampong en Bloemendaal is geëindigd in een 2-0 zege voor de gasten. Die wippen daardoor over de Utrechters heen naar de derde plaats op de ranglijst.[2]
Hyponiemen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord inhaalwedstrijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “PSV klopt Twente in de beker en kan zich opmaken voor kraker tegen Feyenoord” (woensdag 17 januari 2024, 22:58), NOS
- ↑ Weblink bron “Bloemendaal klopt Kampong en verdringt Utrechters van derde plaats” (donderdag 23 november 2023, 22:16), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.