inkomensbron
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inkomensbron (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·ko·mens·bron
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van inkomen zn en bron zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | inkomensbron | inkomensbronnen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de inkomensbron v / m
- (economie) daar waar men zijn geld mee verdient
- ▸ Eenoudergezinnen (meestal moeders) en alleenstaanden tot 65 jaar zijn vaker dan gemiddeld arm. Niettemin zijn er ook ruim 150.000 huishoudens die betaald werk als belangrijkste inkomensbron hebben, de zogenoemde werkende armen. Dat zijn voor een belangrijk deel zelfstandigen.[1]
- ▸ De belangrijkste factor in de koopkrachtontwikkeling is de inkomensbron van het huishouden. Wie werkt ervaart doorgaans een hogere koopkrachtontwikkeling dan wanneer wordt geleefd van een uitkering.[2]
Gangbaarheid
- Het woord inkomensbron staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Steeds gaat het over bestaanszekerheid, hoe staat Nederland ervoor?” (zaterdag 28 oktober 2023, 07:26), NOS
- ↑ Weblink bron “Koopkracht al jaar onder druk, portemonnee niet opgewassen tegen inflatie” (dinsdag 13 september 2022, 00:16), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.