inrijpoort

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  inrijpoort    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·rij·poort
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord inrijpoort inrijpoorten
verkleinwoord inrijpoortje inrijpoortjes

Zelfstandig naamwoord

deinrijpoortv/m [1]

  1. poortvormige ingang, meestal voor voertuigen
     Freule Miranda was al voorbij de inrijpoort van de Manége, had haar hoed met de kromme veêr op, haar streng gezichtje overschaduwend.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord inrijpoort staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.