inschuld

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  inschuld    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·schuld
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord inschuld inschulden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deinschuldv/m

  1. (financieel) (juridisch) het geld dat iemand nog kan vorderen
Afgeleide begrippen
  • inschuldenaar
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord inschuld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
27 %van de Nederlanders;
27 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.