instemmingsrecht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  instemmingsrecht    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·stem·mings·recht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord instemmingsrecht instemmingsrechten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het instemmingsrecht o

  1. recht van inspraakorganen om al dan niet in te stemmen met besluiten van een bestuur
    ▸ "Die raden overleggen met het bestuur en geven advies", zegt Lisa. "Soms is dat bindend, dan heeft zo'n raad instemmingsrecht, maar meestal niet. Dat hangt ook een beetje van het bestuur af, of ze willen luisteren of niet. Over het algemeen hebben docenten en studenten niet veel invloed."[1]
    ▸ De NVvR keert zich op zijn website fel tegen het amendement. “Het instemmingsrecht van de vakbond beschermt onafhankelijke rechters en officieren tegen de willekeur van de politiek. Rechters, officieren, maar ook burgers moeten er toch niet aan denken dat de rechtsstaat niet meer onafhankelijk is?”, zegt voorzitter Maria van de Schepop.[2]
    ▸ De commissie adviseert om het adviesrecht en instemmingsrecht voor huurders, bijvoorbeeld ook over de benoeming van nieuwe corporatiebestuurders, in de wet vast te leggen. Zo moet de lokale betrokkenheid bij sociale woningbouw groter worden en een extra controle door burgers ontstaan.[3]

Gangbaarheid

  • Het woord instemmingsrecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. ↑ Weblink bron “Wat doen studenten op de landelijke actiedag?” (woensdag 4 maart 2015, 06:36), NOS
  2. ↑ Weblink bron “Kamer wil macht vakbond rechters en officieren inperken” (woensdag 4 februari 2015, 00:50), NOS
  3. ↑ Weblink bron “Enquêtecommissie: laat huurders meepraten” (donderdag 30 oktober 2014, 13:31), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.