invalpool
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: invalpool (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·val·pool
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van invallen ww en pool zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | invalpool | invalpools |
verkleinwoord | invalpooltje | invalpooltjes |
Zelfstandig naamwoord
de invalpool m
- vaste groep invalkrachten waar een bedrijf of organisatie gebruik van kan maken als iemand van een vaste personeel is uitgevallen
- ▸ Echt nijpend is de situatie bij Van Holland sinds een jaar. "Er was een tijd dat ik zeker wist dat er op korte termijn iemand beschikbaar was. Dat is nu aan het veranderen." Je merkt dat de goede leraren uit de invalpool, die kunnen inspringen bij scholen in een bepaald gebied, nu zelf een vaste baan hebben, zegt de schooldirecteur. "Dus je moet steeds creatiever worden. Maar ik moet ook zorgdragen voor de rest van mijn personeel." Een lastige spagaat, blijkt steeds vaker.[1]
- ▸ "Het is echt ongekend, we hebben dit nog nooit op deze schaal meegemaakt", zegt Joost Spijker, directeur van invalpool Transvita. Hij regelt invallers voor zo'n 300 scholen in Utrecht, Gelderland, Noord-Holland en Zuid-Holland, en kan de vraag niet meer aan.[2]
Gangbaarheid
- Het woord invalpool staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Hele schoolklas naar huis sturen 'is laatste optie, maar ook zelfbescherming'” (maandag 4 februari 2019, 16:42), NOS
- ↑ Weblink bron “'Ik ben bang voor de komende week, want de leerkrachten zijn nog ziek'” (zondag 4 februari 2018, 19:28), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.