invasiemacht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  invasiemacht    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·va·sie·macht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord invasiemacht invasiemachten
verkleinwoord invasiemachtje invasiemachtjes

Zelfstandig naamwoord

deinvasiemachtv/m

  1. (militair) legermacht die een andere land binnenvalt
     In 1799 vielen de Britten samen met de Russen aan. Met een invasiemacht van meer dan 40.000 soldaten trokken zij in Noord-Holland ten strijde tegen een Bataafs-Frans leger. Op 6 oktober 1799 was de Slag bij Castricum. Er stierven vooral veel Russen. De meeste lichamen verdwenen onder het zand. De Fransen wonnen en een paar dagen later werd een bestand getekend in Alkmaar.[1]
     Op de kaart staat afgebeeld wat de VS had kunnen treffen: MiG-vliegtuigen, kruisraketten en marineschepen. Een aanval zou hebben bestaan uit 500 bomvluchten en een invasiemacht van 90.000 man. Dat was vrijwel zeker het begin van de Derde Wereldoorlog geweest.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord invasiemacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Rus die sneuvelde in de Slag bij Castricum (1799) krijgt gezicht” (donderdag 4 oktober 2018, 11:44), NOS
  2. Weblink bron “JFK's aanvalsplan uit Cubacrisis te koop” (vrijdag 6 april 2018, 17:41), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.