jankbui

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  jankbui    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • jank·bui
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jankbui jankbuien
verkleinwoord jankbuitje jankbuitjes

Zelfstandig naamwoord

dejankbuiv/m

  1. een aanval van aanhoudend gejank
    • De man werd erg verdrietig van de jankbuien van zijn dochter. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'jankbui' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.