jonggezel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  jonggezel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • jong·ge·zel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jonggezel jonggezellen
verkleinwoord jonggezelletje jonggezelletjes

Zelfstandig naamwoord

dejonggezelm

  1. jonge (ongehuwde) man
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'jonggezel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
75 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.