kachelglas

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kachelglas    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkɑxəlˌɣlɑs/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ka·chel·glas
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kachelglas -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetkachelglaso

  1. hittebestendig, hard en doorzichtig materiaal waarachter men het vuur in de haard kan zien branden
     Binnen warmt zich de oude boer. Hij zit op een houten stoel, de voeten bijna tegen het kachelglas.[1]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'kachelglas' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Paul de Schipper
    Een hoofdige boer in Wagenberg in: de Stem, jrg. 134 (19 februari 1994), p. 33 (E 1) kol. 1
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.