kachelruit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kachelruit    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkɑxəlˌrœyt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ka·chel·ruit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kachelruit kachelruiten
verkleinwoord kachelruitje kachelruitjes

Zelfstandig naamwoord

dekachelruitv/m

  1. venster van hittebestendig materiaal waarachter men het vuur in een haard kan zien branden
     Je kachelruit schoonmaken was nog nooit zo makkelijk en goedkoop![1]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'kachelruit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Vlijtig Liesje
    “Kachelruit schoonmaken met theezakjes” (7 oktober 2013) op huisvlijt.com
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.