kamperfoelie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kamperfoelie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kam·per·foe·lie
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘slingerstruik’ voor het eerst aangetroffen in 1567.[1]
  • Aanpassing onder invloed van kamp en foelie aan Vroegnieuwnederlands caprifolie, leenwoord uit middeleeuws Latijn caprifolium, letterlijk ‘geitenblad’, gevormd uit klassiek Latijn caper (genitief caprī) ‘geitenbok’ en folium ‘blad’.[2]
enkelvoud meervoud
naamwoord kamperfoelie kamperfoelies
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dekamperfoeliev/m [3]

  1. (plantkunde) (medisch) Lonicera  een geslacht van klimstruiken met sterk geurende, witte tot gele buis- of trechtervormige bloemen die 's nachts opengaan voor bestuiving door nachtvlinders
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kamperfoelie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.