kandelaarden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kandelaarden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kan·de·laar·den
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kandelaar en den
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kandelaarden | kandelaardennen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de kandelaarden m
Verwante begrippen
- apenboom, apenschrik, apetreiter, slangenden
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
kandelaren |
kandelaarden
- meervoud verleden tijd van kandelaren
- Wij kandelaarden.
- Jullie kandelaarden.
- Zij kandelaarden.
- Wij kandelaarden.
Gangbaarheid
- Het woord kandelaarden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.