kapoets

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kapoets    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ka·poets
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kapoets kapoetsen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dekapoetsv/m

  1. hoofddeksel dat het gehele hoofd omvat
  2. hoofdkap voor vrouwen
  3. soort bontmuts
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord kapoets staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
29 %van de Nederlanders;
14 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.