kerkdorp
| Niet te verwarren met: Kerkdorp |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kerkdorp (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɛrəkˌdɔrəp / (2 of 4 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈkɛrk.dɔrp/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈkɛrk.dɔrp/
Woordafbreking
- kerk·dorp
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kerk en dorp
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | kerkdorp | kerkdorpen |
| verkleinwoord | kerkdorpje | kerkdorpjes |
Zelfstandig naamwoord
het kerkdorp o
- een dorp gevormd rond een enkele kerk
- De meeste dorpen hier zijn brinkdorpen, kerkdorpen zie je hier eigenlijk niet zo veel.
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord kerkdorp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kerkdorp" herkend door:
| 92 % | van de Nederlanders; |
| 76 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.