keuterboer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  keuterboer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • keu·ter·boer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord keuterboer keuterboeren
verkleinwoord keuterboertje keuterboertjes

Zelfstandig naamwoord

dekeuterboerm

  1. (landbouw) (beroep) boer met een dusdanig eigen klein bedrijf dat hij alleen kan overleven met extra nevenverdiensten

Gangbaarheid

  • Het woord keuterboer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
80 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.