klauwer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  klauwer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • klau·wer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord klauwer klauwers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deklauwerm

  1. iemand die gewoon is te krabben
  2. (eufemisme) dief
  3. dier met met scherpe nagels
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord klauwer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
64 %van de Nederlanders;
67 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.