kleefpasta

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kleefpasta    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kleef·pas·ta
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleefpasta kleefpasta's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dekleefpastam

  1. kneedbare stof waarmee men zaken aan elkaar kan plakken
     Hij zal zo snel mogelijk ook nog blikken plaatjes regelen en de speciale kleefpasta die gebruikt moet worden om ze aan bomen te bevestigen.[1]
  2. stof waarmee men een kunstgebit beter passend kan maken
     In tegenspraak met de naam is de 50PlusBeurs vooral het domein van 65-plussers. Kleefpasta en steunkousen, denkt de leek dan. Dat soort items is er óók te vinden. Maar voor de senioren van nu gaat het vooral om mobiliteit: overwinteren, kamperen en e-biken. „Een scootmobiel komt wel als ik oud ben.”[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord kleefpasta staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. “De 3 bestaat niet” (2020), G.A. van Oorschot , ISBN 9789028258051
  2. Weblink bron
    MARIE-THÉRÈSE ROOSENDAAL
    “65-plus is het nieuwe vijftig” (21 sep. 2016in BINNENLAND), De Telegraaf
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.